Osteoporose
Botontkalking
Osteoporose is een chronische aandoening die leidt tot verlies van kalk in botten waardoor botten poreus worden. In de volksmond wordt osteoporose ook wel 'botontkalking' genoemd. Botten worden poreus doordat de aanmaak en afbraak van botmassa niet meer in evenwicht zijn. Normaal gesproken wordt jaarlijks 5% van het botweefsel vervangen. Voor het 30ste jaar is de opbouw van bot het grootst, daarna wordt de afbraak geleidelijk groter.
Bij de vrouwen neemt de afbraak grotere vormen aan dan bij mannen. Dit komt door de invloed van hormonen (oestrogenen). Oestrogenen hebben een positieve invloed op de aanmaak van botweefsel bij vrouwen. Na de menopauze verliezen vrouwen echter in versneld tempo botmassa door het uitbleven van de oestrogeenproductie. Tussen de 50 en 75 jaar hebben vrouwen 6 keer zoveel kans op osteoporose als mannen. Ouderdomsosteoporose komt echter ook veelvuldig bij mannen voor.
Door de verminderde botmassa en verstoorde structuur neemt de kans op botbreuken door ongevallen of spontaan optredende breuken toe. Dit geldt ook voor het inzakken van de wervels (soms wel 15 cm in een paar jaar). Bij ouderen is een belangrijk bijkomend risico de vaak verminderde spierfunctie en het verminderd coördinatievermogen.
Voorkomen is beter dan genezen.
Osteoporose wordt sterk door de leefstijl beïnvloed. Op elke leeftijd kan met behulp van lichamelijke activiteit de sterkte van het bot verbeterd worden. Het skelet past zich namelijk aan naar de eisen die gesteld worden. De botmassa neemt toe en de structuur van bot verbetert als gevolg van een toename van lichaamsbeweging (functie vragen). Op jonge leeftijd zorgt dit voor een verhoging van de maximale botmassa (piek botmassa). Op oudere leeftijd draagt lichaamsbeweging bij aan het afremmen van de afname aan botdichtheid. Bij inactieve ouderen die meer gaan bewegen, kan zelfs de botdichtheid in het begin toenemen. Echter eenmaal aanwezig is de osteoporose niet te genezen, maar de gevolgen (botbreuken) kunnen wel worden voorkomen. Andere chronische ziekten, medicijngebruik, roken en erfelijke aanleg hangen ook samen met een verhoogde kans op osteoporose.
Sterke botten.
Calcium is belangrijk voor de bot-mineralen dichtheid. Ook voedingsfactoren als vitamine D, eiwit, natrium, cafeïne en alcohol zijn van invloed op de opname en uitscheiding van calcium door het lichaam en dus indirect op de botmineralen dichtheid.
Kalk.
Calcium (kalk in de volksmond) is onder andere nodig voor het opbouwen en in stand houden van het skelet en het gebit. In onze voeding zijn zuivelproducten de belangrijkste leveranciers van kalk. Groente, noten en peulvruchten bevatten eveneens calcium.
Vitaminen.
Vitamine D is van belang voor de calciumabsorptie en speelt een belangrijke rol bij de botstofwisseling. Vitamine D is niet alleen te bevoorraden uit voeding. Onder invloed van UV –straling uit (zon)licht wordt vitamine D in de huid gevormd. Regelmatig buiten zijn doet vitamine D onderhuids vormen. Samen met de vitamine D uit de voeding is dit voldoende voor volwassenen. Halvarine, margarine en bak- en braadproducten waaraan vitamine D is toegevoegd, zijn de belangrijkste leveranciers in de voeding. Daarna volgen vlees, vette vis en volle melk producten.
Kaas uit het vuistje?
Eiwit in de voeding heeft geen directe relatie met de botopbouw. Een verhoogde inname van met name dierlijk eiwit doet de calciumuitscheiding via de nieren toenemen en heeft dus een negatief effect op de botmineraal dichtheid. Uit de voedsel consumptie-peilingen in Nederland blijkt dat er meer vlees en kaas gegeten wordt dan de aanbevolen hoeveelheid. Het is dan misschien beter te ‘snacken’ met een handje studentenhaver of popcorn.
Opkikker of afknapper
De hartige smaak van zout wordt goed gewaardeerd…... Zo goed dat de consumptie zo’n 9 gram per dag is. Terwijl 3 gram al genoeg is. Niet direct zout maar natrium vormt een probleem. Hoe hoger de natriumuitscheiding, hoe meer calcium wordt meegetrokken. Dit kan, gecombineerd met een lage calciuminname, de botmineralen dichtheid negatief beïnvloeden. Minder zout bij het koken, minder smaakmakers en minder hartig beleg zijn stappen in de goede richting. En om 16.00 een appel in plaats van een ‘opkikkertje’.
Cafeïne en alcohol
Cafeïne en alcohol kunnen bij overmatig gebruik tot een lagere botdichtheid leiden. Koffie, maar ook thee (in veel mindere mate) en frisdranken (cola), verhogen de uitscheiding van calcium in de urine. Bij een normaal gebruik en een goede calciuminname is dit niet nadelig voor de botopbouw. Bij extreem gebruik kunnen cafeïnevrije koffie en cola een goed alternatief zijn.
Wat kunt u zelf doen?
Zorg dat u voldoende beweegt! U zult merken dat bewegingen met een grote bewegingsuitslag, een lichte weerstand en met relatief hoge snelheid uitgevoerd het beste gaat. Voorbeelden hiervan zijn fietsen (niet te zwaar verzet), (snel)wandelen, zwemmen en allerlei oefeningen met losse gewichten of op apparaten, mits niet te zwaar uitgevoerd. Dus belasten op geleide van pijn.
Krachttraining, rekken en het dragen van goed, stevig schoeisel zijn belangrijk om de eventuele klachten te doen afnemen. Het is de moeilijkheid de juiste belasting te vinden die bij u past. Dit kan bovendien van dag tot dag verschillen. Leer dus goed luisteren naar uw eigen lichaam!
Tips:
- Voorkom zowel onder- als overbelasting, omdat beiden slecht zijn voor het gewricht.
- Vermijdt bewegingsvormen met hoge piekbelastingen of langdurig statische belastingen. (springen, lang in dezelfde houding staan of zitten)
- Voorkom zware belasting in eindstanden van een gewricht.
- Let extra op goed schoeisel bij het trainen/bewegen
- Ga overgewicht te lijf. Gewrichten worden extra belast wanneer uw gewicht te hoog is.
Voor een optimale begeleiding en een analyse van de factoren die van invloed zijn geweest voor het ontstaan van de klachten, is het raadzaam om een sportfysiotherapeut raad te plegen.